door Linda de Bruijn
Een murder ballad of moordlied is een lied waarin nieuwswaardige en geruchtmakende moorden worden bezongen. Het moordlied valt als sub genre onder het straatlied. De liederen werden door
rondtrekkende straatzangers op markten en openbare plekken opgevoerd.
Never Trust The Woods is een murder ballad die ik samen met Anouk Balins schreef en die gebaseerd is op de geruchtmakende zaak van de Gooische Kindermoorden. Tijdens de Tweede Wereldoorlog
verdwenen in het Gooi vier kinderen. De zaak rondom deze moorden werd nooit opgelost.
We besloten dit verhaal als uitgangspunt voor een “murder ballad” te gebruiken voor onze song maar de namen van de kinderen en de toedracht met enige vrijheid naar het Engels te vertalen. Dat ikzelf ben opgegroeid in Het Gooi (Naarden) maakt die liedje voor mij extra bijzonder.
Onopgeloste moordzaak in Het Gooi
Twee meisjes verdwijnen
Op een zaterdagmiddag in mei 1941 verdwijnt de 10-jarige Ansje Busch uit Bussum spoorloos. Ze is gaan bloemen plukken, maar komt niet thuis. Er wordt uitgebreid naar haar gezocht, maar ze wordt niet geworden.
Later in dat jaar, op een zaterdagmiddag in september, verdwijnt de 14-jarige Mientje ter Haar uit Bussum tijdens het vlierbessen plukken. In de oorlogsjaren verdienden kinderen een zakcentje met het plukken van rode vlierbessen. Deze werden door verschillende fabrikanten opgekocht om jam van te maken. Mientje verdwijnt nadat zij bij de opkoper is geweest om haar geld op te halen. Een getuige meent haar nog gezien te hebben in de buurt van een snoepwinkel in Naarden. Er wordt een grootse zoekactie opgezet, maar ook zij wordt niet gevonden. Wel wordt haar fiets teruggevonden.
Twee jongens verdwijnen
Daarna blijft het even “stil”, tot in juni 1942 de 11-jarige Hans van de Poel op de fiets vanuit zijn woonplaats Hilversum vertrekt om gras te gaan plukken voor zijn konijnen. Hij komt niet thuis. Een getuige meldt dat hij Hans nog gezien heeft bij Zwembad Craillo. Later wordt zijn fiets, zonder de fietsbanden, in het bos tussen Bussum en Hilversum teruggevonden.
Een paar maanden later, in oktober, ondergaat de 12-jarige Herman Warnink, eveneens uit Hilversum, hetzelfde lot. Hij fietst naar het Spanderswoud om beukennootjes zoeken en komt niet terug. Van
beiden jongens wordt nooit meer iets vernomen.
De regionale en lokale pers leggen al gauw verband tussen de vier verdwijningen. In De Gooi- en Eemlander wordt zelfs een officiële noodverordening gepubliceerd, waarin staat dat kinderen onder de zestien jaar alleen nog onder toezicht buiten de bebouwde kom, op de heide of in de bossen mogen spelen.
Lugubere vondst langs de spoorlijn
In de herfst van 1942 wordt, in een sloot langs spoorlijn Naarden-Bussum nabij Station Naarden-Bussum, een lugubere vondst gedaan. In een jutezak zit het verminkte lichaam van Mientje. Ze
wordt geïdentificeerd aan de hand van haar haarlintje.
In het voorjaar van 1943 wordt in weer een jutezak gevonden. Daarin zitten de resten van twee meisjes. De ene is vrijwel zeker Ansje Busch. Het andere slachtoffer blijft onbekend. Men vermoedt
dat het om de sinds 1939 vermiste 18-jarige Jopie de Nigtere uit Amsterdam gaat. Later blijkt uit onderzoek dat zij het niet is.
Uit onderzoek komt naar voren dat iemand gezien heeft dat Herman een handje beukennootjes aan een voorbijganger geeft. Met man en macht wordt door de politie gezocht naar deze voorbijganger, maar tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn er te veel wisselingen binnen de politiekorpsen waardoor lokale kennis verdwijnt. Het lukt de politie niet om deze vreemdeling te vinden. Daarbij zijn de Duitse bezetters erg actief in Het Gooi. In april ’42 wordt Hilversum zelfs het hoofdkwartier van de Wehrmacht. Of de dader in die richting gezocht moet worden, is nooit duidelijk geworden. Wel werd gedacht dat het om een seriemoordenaar gaat. Daar blijft het bij, de dader is tot op heden niet gevonden.
Verhalen die je misschien ook leuk vindt:
Write a comment